(vervolg van Home pagina)
Per fiets door de woestijn is een aparte belevenis. Kilometer na kilometer rij je naar een lege horizon. Slechts om de paar honderd kilometer wordt het absolute niets opgevrolijkt door een oase. Toch is de Sahara niet saai. Het landschap wisselt; er zijn zandduinen, diepe canyons, kiezelvlakten en echte gebergten. En niets is zo prachtig als ’s avonds je tentje opzetten in de Sahara, die grote camping van 100.000 km2.
De harde realiteit was echter dat ik bij thuiskomst toch weer mijn studie diende op te pakken. Dat viel niet mee, mijn hoofd bleef vol zitten met allerlei wilde plannen over volgende fiets expedities. Ik ronde mijn stage in het Revalidatiecentrum in Hoensbroek af, schreef een afstudeerscriptie en startte opnieuw voor een reis door de woestijn. Deze keer met het doel de 11.500 kilometer tussen Parijs en Dakar (Senegal) fietsend af te leggen. Dwars door de Sahara, Sahel en tropische wouden van West-Afrika.
Als alles volgens planning zou verlopen zou de tocht ongeveer 4 maanden in beslag nemen. De route die ik zou gaan fietsen stond niet exact vast. Door hevige onlusten in het grensgebied Algerije-Niger-Mali bestond een kans overvallen te worden. Ik ging er echter van uit dat er altijd een alternatieve route om het strijdgewoel heen te vinden zou zijn.
“Door hevige onlusten in het grensgebied Algerije-Niger-Mali bestond een kans overvallen te worden”
Wat volgde was een F A N T A S T I S C H E fietstocht dwars door de Sahara. Loodzwaar, erg eenzaam en gelukkig met een goede afloop. Aan de tocht kwam namelijk abrupt een einde in het Zuiden van Algerije. Daar bleek zowel route 1 als 2 te gevaarlijk. Er was echter nog één mogelijkheid: in de Zuid-Algerijnse plaats Tamanrasset kon ik mezelf met mijn mountainbike verstoppen in de laadruimte van een veewagen, tussen de geiten en de schapen. Deze vrachtwagen volgde de moeilijke en gevaarlijke route naar Gao in Mali. Drie dagen dwars door de Sahara! Ik hoorde echter steeds meer berichten over gewapende overvallen. Drie Duitse reizigers waren overvallen en beroofd. Een van hen was doodgeschoten. Toch verzekerde men mij dat iemand met enkel een fiets en wat bagage met rust zou worden gelaten. Toen echter het bericht binnenkwam dat een andere fietser – die ook met een veewagen was meegereden – wel degelijk was beroofd, besloot ik te stoppen. Een schitterende fietstocht door de Sahara, maar helaas het einddoel niet bereikt…
Tegen beter weten in vertrok ik een jaar later – inmiddels afgestudeerd – weer op de fiets richting Noord-Afrika. Ik moest en zou op de fiets naar Dakar. Het was wellicht nog gevaarlijker dan een jaar eerder; Aanslagen op toeristen, militaire barricades, in ieder geval niet datgene waar ik naar op zoek was. In Zuid Algerije zat er wederom niets anders op dan naar Nederland terug te keren. In de daarop volgende jaren maakte ik nog wel de nodige kilometers, maar dan vooral binnen het veilige Europa.
En toch kriebelde het. Ik had zoveel tijd, geld en energie gestoken in mijn Dakar expeditie dat ik het eenvoudigweg niet zomaar links kon laten liggen. Ik wilde graag nog één ultieme poging doen. Deze keer niet door het nog steeds onveilige Algerije, maar via Marokko en Mauritanië. In 1999 was het zover. Op en top voorbereid en met ondertussen meer dan 50.000 ervaringskilometers in de benen vertrok ik voor mijn laatste mega fietstocht.
“Aanslagen op toeristen, militaire barricades, in ieder geval niet datgene waar ik naar op zoek was”
Het doel was tweeledig: eerst de 100 beroemdste cols uit de Alpen en Pyreneeën bedwingen en daarna via Zuid Spanje koers zetten naar Marokko. In de hoofdstad Rabat zou ik dan een visum voor Mauritanië aanvragen en verder fietsen naar Senegal. De eerste 3 maanden verliepen voorspoedig, maar eenmaal aangekomen in Rabat weigerden de autoriteiten mij een (fiets)visum. De gevaarlijke route in het noorden van Mauritanië mocht enkel in konvooi worden afgelegd. Bovendien diende ik per vliegtuig de grens over te steken. En vooral dat laatste wilde ik niet. Op de fiets is op de fiets! En dus besloot ik terug naar Nederland te gaan.
Ondanks deze teleurstelling werd de laatste etappe van deze tocht er eentje om nooit te vergeten. Ik begon fietsend in het chaotische en drukke centrum van Rabat. Wachtend voor een rood verkeerslicht zag ik een grote Mercedes taxi staan. Eén knikje en de chauffeur wist wat ik bedoelde… vijf minuten later zat ik in de taxi, op weg naar de haven in het Noorden. Daar aangekomen bleek er enkele uren later een veerboot naar Zuid Spanje te gaan. Ik kocht een ticket en fietste rond 8 uur ’s avonds vanaf de boot weer het vasteland van Europa op. De bestuurder van een grote, chique Jeep keek wel erg geïnteresseerd naar mijn fiets en ik riep hem toe of hij deze wellicht wilde kopen. Hij hapte toe en met enkel nog mijn fietstassen slaagde ik er in een lift naar Madrid te krijgen. Om 3 uur ’s nachts werd ik voor het station van Madrid ‘gedumpt’. Aan de chauffeur verkocht ik mijn fietstassen, ik had nu alleen nog een grote weekendtas en wat geld. Ik nam een taxi naar het vliegveld van Madrid en informeerde aldaar welke vluchten mogelijk waren. Er bleek 3 kwartier later een vlucht naar Brussel te gaan. Ik boekte een ticket en een paar uurtjes later stond ik op het vliegveld in Brussel. Daar kocht ik een treinkaartje en om ongeveer 13:00 uur belde ik – vanaf het station in Reuver – mijn ouders op met de vraag of ze mij even op het station wilde oppikken. In plaats van verder zuidwaarts naar Mauritanië te fietsen, was ik binnen 28 uur met behulp van fiets, taxi, boot, vliegtuig en trein weer terug in Nederland!